maandag 29 november 2010
Het mooiste meisje van de klas.
Ze opende haar ogen zonder echt te zien. Na een lange nacht werd ze wakker. Vijftien jaar, het mooiste meisje van de klas, niks vreemds was aan haar op te merken. Totdat ze haar moderne zonnebril van haar neus afpakte en haar opvouwbare witte stok met rode streepjes uit haar tas te voorschijn haalde. Ze wilde zoveel mogelijk zelf doen, ze wilde bewijzen dat ook slechtzienden zelfstandig konden zijn. Ze hield ervan om in haar tuin te lopen. Niemand die haar stoorde of zich aan haar stoorde. Uren kon ze genieten van de bladeren die knisperden wanneer ze erop stapte, de rozengeur die haar neus deed prikkelen en dat ze hier kon lopen zonder bang te zijn om ergens tegenaan te lopen. Toch was ze, zonder goed zicht, niet ongelukkig. Het geluk spatte juist van haar gezicht af. Om haar mond zat altijd een lach gemetseld en in haar woorden klonk haar geluk. Ze hield van haar vader, die ook niet zo goed zag en haar had geholpen om te leren te lopen met haar stok. Ze hield van haar moeder, die haar eindeloos had getroost nadat ze had gehoord dat ze nooit meer zou zien zoals ze altijd had gedaan. Ze hield van haar kleine zusje dat al haar favoriete verhalen had voorgelezen toen ze niet verder dan haar bed kwam. Ze hield van haar vrienden, van het feit dat ze haar niet in de steek lieten, dat ze haar nog steeds opvrolijkten met de meest lieve woorden. Ze vond het fijn dat ze nog steeds zoveel voor hen betekende als zij voor haar betekende. Ze hield ervan hoe er niks veranderd was aan het cupcakejes eten, roddelen en koffie drinken. Doordat ze minder zag, hoorde ze de tranen in de stem van haar vriendinnen wanneer zij het moeilijk hadden. Ze vond het dan fijn om er dan voor diegene te zijn. Het niet zien benadeelde niet haar gedrag, het maakte haar juist sterker, beter, behulpzamer.
Wanneer ze na haar vermoeiende dag in haar bed is gekropen en haar dekbed met roze bloemen om haar heen heeft geslagen, bekijk ik haar. Ik zie haar zoals ik haar altijd heb gezien. Ik zie haar nog steeds als het kleine meisje dat vijftien jaar geleden in mijn armen lag. Ik zie haar de eerste keer op de schommel, ik zie haar op het strand zitten terwijl de wind door haar haren blaast. Ik zie het gelukkige meisje. Ik zie mijn lief kleinkind.
Columnwedstrijd NVBS. 'Zien'
Abonneren op:
Reacties posten (Atom)
Geen opmerkingen:
Een reactie posten