Ze keek voetbal op de bank met vriendlief en ze voelde zich gelukkig. Ze wist niet wat er spannend aan was wanneer de een door de ander onderuit werd gehaald (zij voelde eerder medelijden), wat buitenspel nu precies was of wat er nu zo bijzonder was aan nummer 14, die met een verkeerde stap toch nog een goede voorzet gaf. Daar lette ze ook al niet meer op, ze genoot meer van de uitdrukkingen van haar vriend. De verbeten blik waarbij hij zachtjes met zijn tanden op zijn tong beet, de licht zichtbare denkrimpeltjes bij een poging van de tegenpartij en de vreugde uitstralend via zijn ogen, spontane lach en waarbij hij even van de bank afkwam om vervolgens weer neer te ploffen. Ze genoot van zijn zachte, maar intense blikken.
Ze hield ervan hem te obverseren. Haar grote liefde, haar geluksmakerm haar object. Al jaren waren ze samen, geen dag was hetzelfde, ze verschilden net genoeg om des te meer van elkaar te houden. Hij maakte haar gelukkig, hij liet haar stralen, zoals nietmand anders dat kon.
Ze kuste hem onverwachts op zijn wang, dat hem even verwacht deed opkijken, maar ze wist dat haar liefde voor hem groter was dan de lippen die ze op hem drukte.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten