dinsdag 27 april 2010

Tranen mengen zich.

Een onzuivere huid, bloeddoorlopen ogen en een zoemende hoofdpijn, allemaal herinneringen aan een weekend vol teleurstellingen. Zelfs het scheermesje helpt vandaag niet mee, en laat rode striemen op mijn benen achter.

Misschien zijn de nachten nog wel het ergst. Dan kan ik de harde stemmetjes van mijn grijze hersenmassa niet meer onderukken door harde muziek, onnozele series of gemaakte vrolijkheid.

In de douche spoelen waterdruppels vrolijkheid van me af, en nemen ze mee naar het afvoerputje. Ik doe geen poging om ze te redden, maar laat mijn tranen samenvoegen met de andere druppels die van mijn lichaam afstromen. Ik laat het toe. Ik sta zonder enige beweging in de douche, zonder reactie, zonder mijn uitdrukking te veranderen. Nieuwe druppels wanen zich een weg door mijn haar. Ik pak een bruine pluk op en kijk hoe de druppels vallen op mijn nog-een-beetje-bruin-van-de-vorige-zomer buik. Hoe ze mijn navel trotseren, via mijn been, langs mijn tenen hun weg afleggen.

Ze nemen mijn dromen mee, mijn grootste dromen. Maar mijn creativiteit, geluk, expressie worden van me afgepakt. Zomaar, in een keer, verdwenen in het afvoerputje.

Precies een etmaal geleden, ging alles gewoon zijn vrolijke gangetje. Maar die ene gebeurtenis was als het ware dat ene tikje. Dat ene tikje waardoor alle dominosteentjes omvallen. Na dat tikje kun je niks meer voorkomen, niks er meer aan doen, sta je stil.

Mijn leven is omgevallen, ingestort en het enige wat ik kan doen is toekijken, schade proberen te beperken. Alhoewel dat laatste vrijwel hopeloos is.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten