Het pennetje ging snel over het papier,
alles om haar heen verging in het niets.
Niks was belangrijker op dit moment,
dan de woorden die het papier vulde.
Woorden waarvan het leek,
alsof ze er altijd al gestaan hadden.
Ze legde het zwarte pennetje neer,
keek naar de tekst die ze net geschreven had.
Ze deed haar ogen dicht,
gaf er een kusje op,
en vouwde het papier dubbel.
Ze stopte hem in een envelop,
en duwde deze diep in haar jaszak.
Ze deed haar nieuwe sneakers aan,
die hij zo leuk vond,
en pakte haar groene omafiets.
Ze reed zo snel mogelijk naar zijn straat.
Ze aarzelde, maar stapte toch af.
Ze liep naar zijn huis,
over zijn pad,
naar zijn deur,
zijn brievenbus,
een witte brievenbus.
Ze graaide met haar gelakte vingers naar de envelop,
keerde hem een aantal keer in haar handen om,
en stopte hem erin.
Ze zuchtte,
en liep langzaam van de brievenbus weg,
weg van de witte brievenbus.
Van zijn deur,
over het pad,
naar haar fiets.
'Marieke, wacht!'
Ze draaide zich om,
op haar nieuwe sneakers,
naar de stem die uit de deuropening kwam.
'Het was dom van me, ik hou nog steeds van je.'
En het pennetje was uigeschreven.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten